Landelijke en provinciale beleidskaders
Op deze pagina zijn de belangrijkste nationale en provinciale beleidskaders samengevat die invloed hebben op het mobiliteitsplan. Deze beleidskaders geven de kaders, en in sommige gevallen doelstellingen, mee waar het mobiliteitsplan Oude IJsselstreek aan moet voldoen.
Nieuwe omgevingswet (2024)
In 2024 is de nieuwe Omgevingswet ingegaan. De Omgevingswet introduceert een geïntegreerde aanpak voor ruimtelijke ordening, milieu en natuur. Het doel is een efficiënter en eenduidiger systeem voor vergunningverlening en ruimtelijke planning, gericht op duurzaamheid en leefbaarheid. De wetgeving stimuleert samenwerking tussen overheden, burgerparticipatie en digitale processen via het Omgevingsloket. Er is aandacht voor het inrichten van de fysieke leefomgeving en het omgaan met uitdagingen zoals klimaatverandering en energietransitie. Een gebalanceerde afweging tussen verschillende belangen is noodzakelijk.
De Omgevingswet heeft vier belangrijke punten:
1 | Vereenvoudiging en samenhang | 2 | Digitaal Omgevingsloket | |
De wet leidt tot minder regels, meer samenhang en duidelijkheid voor samenwerkende partijen zoals gemeenten, provincies en waterschappen. | Hierin zijn alle regels van gemeenten, provincies en waterschappen, evenals plannen en voorschriften voor een locatie of gebied, op één plek beschikbaar. | |||
3 | Omgevingsvergunning | 4 | Eigen initiatief en regie | |
Er is één vergunning vereist voor plannen, zelfs als meerdere overheidsinstanties betrokken zijn. De besluitvorming wordt versneld, met een beslissing binnen 8 weken na aanvraag in plaats van 26 weken. | Burgers en bedrijven krijgen meer ruimte om plannen uit te voeren, op voorwaarde dat deze aansluiten bij het omgevingsplan van de gemeente en worden voorgelegd aan de betrokkenen. Dit stimuleert initiatieven en betrokkenheid. |
De omgevingswet heeft gevolgen voor het huidige en toekomstige beleid van de gemeente. De gemeente kan de omgevingswet gebruiken om onder andere inwoners te laten participeren in verscheidene besluiten. Het is dan van belang dat de inwoner aan de voorkant wordt meegenomen bij de besluitvorming. De omgevingswet ziet toe op een fysiek gezonde leefomgeving. De verkeersstructuur kan hier een bijdrage aan leveren. De omgevingswet is toe te passen op toekomstige ontwikkelingen, bijvoorbeeld bij de herinrichting van wegen en de inbreiding van woningbouw. De maatregelen omtrent de omgevingswet gelden voor alle geplande maatregelen na het ingaan van de omgevingswet begin 2024.
Nationale omgevingsvisie (2020)
De Nationale Omgevingsvisie (NOVI) schetst de langetermijnvisie van het Rijk op de toekomstige ontwikkeling van de Nederlandse leefomgeving. Nederland staat voor diverse dringende uitdagingen, zoals klimaatverandering, energietransitie, circulaire economie, bereikbaarheid en woningbouw, die lokaal, regionaal, nationaal en internationaal spelen. Deze complexe opgaven zullen het land aanzienlijk veranderen, maar bieden ook kansen om vooruitgang te boeken en de aantrekkelijkheid van Nederland te behouden en versterken voor toekomstige generaties.
De NOVI introduceert een integrale aanpak, waarbij de nadruk ligt op omgevingskwaliteit, inclusief ruimtelijke en milieukwaliteit. Het Rijk neemt een leidende rol in samenwerking met andere overheden en maatschappelijke organisaties. De visie concentreert zich op vier prioriteiten:
-
Het stimuleren van duurzaam economisch groeipotentieel voor Nederland.
-
Het creëren van ruimte voor klimaatverandering en de overgang naar duurzame energie.
-
Het versterken van leefbare, klimaatbestendige steden en regio's met voldoende ruimte voor wonen, werken en mobiliteit.
-
Het bevorderen van toekomstbestendige ontwikkeling in landelijke gebieden.
De NOVI benoemt nationale belangen die beschermd moeten worden in het beleid voor de fysieke leefomgeving, waaronder het behoud van cultureel erfgoed en landschappelijke kwaliteit.
De visie hanteert drie inrichtingsprincipes om belangenafwegingen te maken:
-
Samenvoegen van belangen boven enkelvoudige benaderingen.
-
Focussen op de kenmerken en identiteit van een gebied.
-
Voorkomen van het afschuiven van verantwoordelijkheden.
De NOVI beoogt een cultuurverandering, waarbij Nederland evolueert naar een netwerk van goed verbonden steden en regio's, ondersteund door duurzaam transport. De visie verweeft wonen, werken, natuur en landschap steeds meer met elkaar, terwijl digitalisering en mobiliteit nauw met elkaar verweven zijn. De NOVI benadrukt de onderlinge verbondenheid van belangen in heel Nederland en biedt een gezamenlijk kader voor duurzame ontwikkeling en behoud van leefbaarheid. De NOVI is bindend voor de overheid zelf en beoogt dat provincies en gemeenten bij het opstellen van hun eigen omgevingsvisies rekening houden met de richtlijnen en principes uit de NOVI.
Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) presenteert de langetermijnvisie van de Rijksoverheid op ruimtelijk en mobiliteitsbeleid voor Nederland in het jaar 2040. Het document stelt richtlijnen vast voor de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving tot 2040, met een nadruk op duurzaamheid, efficiënt ruimtegebruik en mobiliteit.
De SVIR benadrukt het belang van het versterken van de economische concurrentiepositie van Nederland en het ondersteunen van duurzame groei. Het pleit voor een integrale aanpak waarin ruimte, infrastructuur en milieu in samenhang worden beschouwd. De visie omvat enkele belangrijke aspecten:
-
Decentrale aanpak: De SVIR stimuleert gemeenten en provincies om meer verantwoordelijkheid te nemen voor ruimtelijke planning, zodat zij beter kunnen inspelen op lokale behoeften en kansen.
-
Ruimtelijke hoofdstructuur: De visie schetst een hoofdstructuur van de ruimtelijke inrichting van Nederland, waarin steden en dorpen worden verbonden door kwalitatief hoogwaardige infrastructurele netwerken, zoals wegen, spoorwegen en vaarwegen.
-
Duurzaamheid: Duurzaamheid vormt een kernprincipe. De visie streeft naar energiezuinige steden, vermindering van de druk op natuur en landschap, en het beschermen van waterveiligheid.
-
Benutting bestaande infrastructuur: Het document benadrukt het belang van het optimaliseren van bestaande infrastructuur voordat er nieuwe projecten worden gestart, om onnodige ruimteclaims te voorkomen.
-
Mobiliteit: De visie bevordert een efficiënt en duurzaam mobiliteitssysteem dat verschillende vervoerswijzen integreert en zorgt voor goede bereikbaarheid van steden en regio's.
Over het geheel genomen wil de SVIR de balans vinden tussen economische groei, leefbaarheid, natuurbehoud en mobiliteit, met een nadruk op samenwerking tussen verschillende overheidsniveaus en betrokken belanghebbenden.
Mobiliteitsvisie 2050 - Hoofdlijnennotitie
De Rijksoverheid werkt aan een meer samenhangend beleid om de bereikbaarheid te verbeteren. Het huidige beleid is te versnipperd, wat problematisch is gezien de uitdagingen voor een duurzaam systeem. Deze notitie legt de basis voor een meer geïntegreerd bereikbaarheidsbeleid.
De Contourennota van 14 oktober 2022 vormt het uitgangspunt voor deze notitie. Hierin worden de principes, aanpak en het proces beschreven. De Mobiliteitsvisie 2050 vormt de overkoepelende strategie en verbindt de deelvisies over mobiliteit, zoals Automobiliteit, Openbaar Vervoer, Fiets, Goederenvervoer, Luchtvaart en Duurzame Energiedragers.
De vier hoofdlijnen richting 2050 zijn:
-
Het nastreven van integrale doelen die de bereikbaarheid van vitale functies in heel Nederland waarborgen.
-
Het slim combineren, versterken en verbinden van verschillende mobiliteitsvormen om de bereikbaarheidsdoelen efficiënt te bereiken, met aandacht voor innovatie.
-
Het toekomstige mobiliteitssysteem voldoet aan eisen voor duurzaamheid, een gezonde leefomgeving en veiligheid.
-
De bovenstaande drie hoofdlijnen worden gebiedsgericht uitgewerkt in samenwerking met partners en gebruikers van het systeem. Voor goederenvervoer is dit corridorgericht en sluit aan op internationale netwerken.
Deze notitie belicht deze vier hoofdlijnen en beschrijft de aanpak van de Rijksoverheid om het bereikbaarheidsbeleid toekomstbestendig te maken. Het document is vooral overkoepelend en bedoeld om richting te geven.
Veilig van deur tot deur – Het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030
Het Strategisch Plan voor Verkeersveiligheid (SPV), opgesteld door de Rijksoverheid in 2018, vormt de basis van het nationale verkeersveiligheidsbeleid. De maatschappelijke relevantie van verkeersveiligheid is enorm. Desondanks blijft het aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers toenemen, terwijl de daling van het aantal verkeersdoden stagneert.
Met de betrokkenheid van het Rijk, provincies, gemeenten en vervoerregio's, samen met diverse maatschappelijke stakeholders, is er een innovatieve aanpak ontworpen en vastgelegd, gericht op de duurzame verbetering van verkeersveiligheid. Slechts door gezamenlijke inspanningen kan de verkeersveiligheid daadwerkelijk bevorderd worden, waarbij eenieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid en expertise een waardevolle bijdrage levert.
Het SPV 2030 omarmt een nulambitie: elk slachtoffer van verkeersongevallen is er één te veel. Deze nulambitie stimuleert overheden om gezamenlijk te opereren ten behoeve van een maximaal effect op het vlak van verkeersveiligheid. Het SPV 2030 overstijgt simpelweg het samenbrengen van individuele maatregelen; het representeert een visie op een geheel nieuwe benadering. Het dient als het vertrekpunt waarvandaan alle overheidsinstanties en samenwerkingspartners gestaag aandacht schenken aan verkeersveiligheid binnen nationale, regionale en lokale uitvoeringsprogramma's.
Een cruciaal onderscheid van dit beleid in vergelijking met voorgaande benaderingen is de verschuiving van een reactieve methodologie (gebaseerd op geregistreerde ongevallen) naar een proactieve aanpak (gebaseerd op risico's). Door systematisch risico's in kaart te brengen en vervolgens gerichte maatregelen te treffen om de meest substantiële risico's te reduceren, wordt de algehele verkeersveiligheid significant vergroot.
De Provincie Gelderland heeft op basis van de SPV analyse een uitvoeringsagenda verkeersveiligheid gemaakt voor de periode 2024-2027. De provincie heeft extra budget voor deze periode om te investeren in het verbeteren van de verkeersveiligheid volgens de volgende actielijnen.
• Veilige infrastructuur op provinciale en gemeentelijke wegen - € 32 miljoen incidentele middelen.
• Veilig gebruik van de infrastructuur - € 6,9 miljoen incidentele middelen.
• Provincie als regionale regisseur verkeersveiligheid -€ 1 miljoen incidentele middelen.
Daarnaast besteedt de provincie structurele middelen aan groot onderhoud, subsidiemaatregelen voor gemeenten en verkeersveilig gedrag.
Toekomst openbaar vervoer 2040
Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) werkt samen met provincies, metropoolregio's, vervoerders en ProRail aan het toekomstbeeld van het openbaar vervoer (OV) in 2040 in Nederland. Het streven is dat iedereen snel, gemakkelijk, betrouwbaar en betaalbaar met het OV kan reizen, zowel nu als in de toekomst. Mobiliteit staat voor grote veranderingen, aangedreven door bevolkingsgroei, woningbouw en duurzaamheid.
De Ontwikkelagenda biedt inzicht in stappen tot 2040, inclusief kosten en baten. Technologische ontwikkelingen spelen een rol, waarbij reizigers actuele reisadviezen kunnen ontvangen via apps en naadloos kunnen overstappen tussen vervoerders. Schoner en duurzamer OV is ook een doel, ondersteund door internationale klimaat- en luchtkwaliteitsafspraken. Dit houdt in dat alternatieve brandstoffen, duurzame infrastructuur en materialen worden ingezet met gebruik van technologische vooruitgang. Het uiteindelijke doel is een verbeterde leefomgeving en duurzamere mobiliteit.
Stikstofproblematiek (2020)
Het document 'Niet alles kan overal - Eindadvies over structurele aanpak Adviescollege Stikstofproblematiek' gepubliceerd op 8 juni 2020, biedt een advies over de aanpak van de stikstofproblematiek in Nederland. Het adviescollege beveelt aan om de uitstoot van stikstof drastisch te verminderen om natuurgebieden te beschermen en economische ontwikkeling mogelijk te maken. Het rapport pleit voor het instellen van duidelijke normen en maatregelen om de stikstofuitstoot in diverse sectoren, waaronder landbouw, verkeer en industrie, te verminderen. Het belang van regionale differentiatie wordt benadrukt om rekening te houden met variërende ecologische omstandigheden.
Het adviescollege adviseert verder om vergunningverlening te baseren op de werkelijke stikstofuitstoot in plaats van op theoretische berekeningen. Ook worden flexibele en adaptieve beleidsmaatregelen aanbevolen om snel in te kunnen spelen op nieuwe inzichten en ontwikkelingen. Daarnaast wordt een gebiedsgerichte aanpak voorgesteld, waarbij herstelmaatregelen voor de natuur hand in hand gaan met ruimte voor economische activiteiten.
Het rapport benadrukt de noodzaak van betere monitoring, kennisuitwisseling en samenwerking tussen verschillende overheden en stakeholders. Tot slot pleit het voor een integrale aanpak van de stikstofproblematiek waarbij zowel milieu, natuur als economie in balans worden gebracht. Het advies biedt een leidraad voor het ontwikkelen van duurzaam beleid om de stikstofuitstoot te verminderen en de Nederlandse natuur te beschermen.
MKBA Vrachtwagenheffing (maart 2020)
Nederland is voornemens vanaf 2026 een vrachtwagenheffing te starten. Op dit moment wordt de realisatie van de vrachtwagenheffing voorbereid. Doel hiervan is:
-
Binnen- en buitenlands vrachtverkeer te laten betalen voor het gebruik van de weg.
-
Innoveren en verduurzamen van de Nederlandse vervoerssector.
-
Misschien ook het beter sturen van vrachtverkeer? Met weerstand door heffing kiest men wellicht een andere, meer wenselijke route. Dit zou relevant kunnen zij voor ons mobiliteitsplan
Het rapport "MKBA Vrachtwagenheffing maart 2020" presenteert een Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse (MKBA) van het voorstel voor een vrachtwagenheffing in Nederland. Gepubliceerd in maart 2020, onderzoekt het rapport de potentiële gevolgen van het heffen van tol op vrachtwagens voor het gebruik van snelwegen. De voorgestelde heffing heeft tot doel externaliteiten zoals congestie en milieueffecten te internaliseren, en de inkomsten te gebruiken voor infrastructuurverbeteringen.
De MKBA analyseert de verwachte kosten en baten van de vrachtwagenheffing, waaronder de effecten op verkeersstromen, milieukwaliteit, economische activiteit en overheidsinkomsten. Hierbij worden zowel directe als indirecte effecten meegenomen. Het rapport identificeert mogelijke positieve resultaten, zoals vermindering van congestie en uitstoot, alsook mogelijke negatieve effecten voor bepaalde transportsectoren en regio's.
Het rapport belicht tevens de technische en administratieve uitdagingen van het heffingssysteem en bespreekt verschillende varianten en tariefstructuren. Daarnaast worden mogelijke gedragseffecten van transportbedrijven en vrachtwagenchauffeurs onderzocht.
Samengevat biedt het rapport inzicht in de complexe interacties tussen de voorgestelde vrachtwagenheffing, economische aspecten en milieueffecten. Het ondersteunt beleidsmakers met informatie om weloverwogen beslissingen te nemen over de implementatie van een vrachtwagenheffing in Nederland, rekening houdend met zowel economische als duurzaamheidsdoelstellingen.
Omgevingsvisie Gaaf Gelderland (2018)
Gedeputeerde Staten hebben op 30 oktober 2018 de reactienota Omgevingsvisie Gaaf Gelderland en Gelderse Omgevingsverordening vastgesteld. De provincie wil de komende jaren werken aan een gezond, veilig, schoon en welvarend Gelderland. Bij het uitvoeren van de taken ligt de focus op een duurzaam, verbonden en economisch krachtig Gelderland. Met behulp van 7 ambities geeft de provincie richting aan de thema’s Energietransitie, Klimaatadaptatie, Circulaire economie, Biodiversiteit, Bereikbaarheid, Economisch vestigingsklimaat en Woon- en leefklimaat.
Voor bereikbaarheid zijn de volgende ambities geformuleerd:
-
In 2050 is de groei van de mobiliteit op een slimme manier opgevangen en verplaatsen mensen in Gelderland zich veilig, snel, betaalbaar en klimaatneutraal. Snel en veilig internet fungeert daarbij als alternatief voor fysieke verplaatsingen.
-
In 2050 is het netwerk voor goederenvervoer in Gelderland toegankelijk, duurzaam en klimaatneutraal.
-
In 2030 is al het busvervoer zonder uitstoot en is 35% van het totaal aantal verplaatsingen met de fiets.
Visie voor een bereikbaar Gelderland (2020)
In de mobiliteitsvisie kiest de provincie Gelderland ervoor om te werken aan de belangrijkste bereikbaarheidsopgaven. Hiervoor ligt de focus op de stedelijke netwerken en het ontlasten van het wegennetwerk in deze gebieden. Er wordt geanticipeerd op de groei van het aantal verplaatsingen, de klimaatopgave en de noodzaak om de verkeersveiligheid te verbeteren. Daarom wordt er met meer focus aan de volgende bouwstenen gewerkt:
-
Realiseren van hoogwaardige hubs op de juiste locaties;
-
Inzetten op fietsen op korte afstanden;
-
Optimaliseren van capaciteit op langere afstanden;
-
Verder versterken van het goederenvervoer;
-
Bevorderen van de verkeersveiligheid.